Sculpturen - Installaties
"Kijken in Diepte"
Door de transparante kern kijk ik naar binnen en zie diepte.
Het begon met enkele regels van Goethe uit het gedicht: "Unbegrenzt "(1814)
Und was die Mitte bringt ist offenbar.
Das, was zu Ende bleibt und anfangs war.
Geïnspireerd door de perzische dichter Haféz (14e eeuw) schreef Goethe zijn eigen Divan. Voor mij weer de inspiratie voor een sculptuur, een soort dieptekijker. Aan de wand, drie stuks, drie verschillende momenten. Als vanzelf kom ik uit bij het heden en lees "Over Diepte"(1999) van de dichter Rutger Kopland. Licht, een glas en nog meer diepte worden door hem voorgesteld tijdens een bezoek aan zijn schrijvershut. De bewandelde weg is er één vol associaties. Mijn wereld bekeken door een lens. Deze vraag aan fotograaf Guus Rijven wordt door hem vertaald naar helder zwart-wit: Things seen and unseen. Ik werk aan de "dieptekijkers" en zie leegte. Mijn eigen waarneming maakt het tot een beeld, een ervaring, communicatie.
Nog een laatste associatie wil ik verder uitdiepen. Perzië en zijn manier van beleven en vertellen.Het leidt mij naar de perzisch/nederlandse schrijver Kader Abdolah. Hij is een rasverteller. Ik hoor hem met een poëtische tongval het gedicht "Jonge Sla" van Rutger Kopland voordragen. Mooi.
Toeval?
Ik toon hem mijn "dieptekijker".
Zijn reactie is er een van herkenning.
In mijn woorden vertel ik zijn verhaal:
Het is mijn kindertijd, ik ben zes, zeven jaar. Er was nog geen televisie of bioscoop.
We spelen op straat met een groepje. Geen asfalt, gewoon straat, zoals dat vroeger was. Ineens kwam daar die man. Hij duwde een karretje. Het was de eerste keer dat hij in onze wijk kwam. Hij had een hoed op, een snor, een professorenbaardje en een bril, dat was eigenlijk heel exotisch. Midden op het plein ging hij staan.
Hij zei: ik heb iets nieuws, ik kan toveren. Zijn karretje was anders dan een normaal karretje. Een soort kinderwagen maar dan niet open, het was een gesloten karretje met aan één kant iets waar een dop voor zat. Om ons te laten betoveren moesten we betalen. Naar huis, geld halen en weer terug. Het was zoiets als een dubbeltje.
Ik ga voor de kar zitten, voor het ding waar de dop op zit. Ik betaal. De man haalt de dop weg. Ik kijk naar binnen en schrik. Ik herken, maar toch niet. Dat jongetje ken ik maar toch ook niet. Ik lach, ben verbaasd en kijk naar de anderen. Dat maakt het publiek enthousiast, want je kon niet uit leggen wat je belevenis was. Dus de volgende betaalt en de gebeurtenis herhaalt zich. Het was een grote belevenis voor ons allemaal. Een onvergetelijke ervaring.
Het is jaren later en in Nederland.
Jij geeft mij jouw sculptuur in handen. Ik kijk erin en denk meteen aan die man.
Perzië, kindertijd. Dat was mooi.
Bekijk alle foto's
Terug naar het overzicht >>